Cherax Quadricarinatus (Australische blauwe kreeft)
Herkomst: Australië.
Uiterlijk: Kunnen wel 20cm groot worden (lichaamsgrootte). Grote slanke kreeften met een groenbruin lichaam met rode strepen op het achterlichaam. De poten zijn blauw.
Geslachtsonderscheid: Aan de buitenkant van de looppoten zijn bij de mannen rode vlekken te zien. Bij de mannen zit de geslachtsopening boven aan het 5de(laatste) paar looppoten, bij het vrouwtje is dit boven aan de 2e looppoten.
Leeftijd: 5 jaar.
Afmeting: 15 tot 20cm.
Geslachtsrijp: Na ongeveer een jaar.
Draagtijd: Ongeveer 6 weken.
Karakter: Kunnen agressief naar vissen doen en ook onder elkaar. Deze kreeften klimmen graag. Ze worden in Australië met name gekweekt voor de consumptie.
Inrichting: Een speciale bak vanaf 80cm. Zorg voor wat schuilplaatsen en zuurstofplantjes. Grof zand of kiezel met buizen waarin ze zich kunnen verstoppen. Stenenpartij, kienhout, (veel)kleine planten en drijfplanten. Sterke stroming.
Watercondities: Temperatuur 13-32ºC(liefst tussen 23-30ºC) met een zuurtegraad hoger dan pH7.0 en een hardheid van 6-10dGH.
Voeding: Alleseter. Het liefst plantaardig voedsel en dierlijk afval. Verder eten ze algen, overtollig voer, gekookte groenten, afgestorven plantenresten, beuken-, eiken- en elsenbladeren en slakken.
Kweek: Makkelijk. Na 6 weken draagtijd blijven de jongen nog 2 weken bij de moeder. In deze periode eet de moeder nauwelijks. Temperatuur op ongeveer 27ºC. Het vrouwtje verstopt zich tot de jongen worden geboren. Het mannetje wordt niet dichtbij gelaten. De jongen worden het beste groot als ze een gebied hebben met wat grof grind en wat molm. Het is dus bevordelijk om een vuile bak te hebben.
Let wel op dat de jongen elkaar eten en de ouders eten de jongen.
Medebewoners: Grote vissen (cichliden) en kleine snelle vissen. Langzame vissen en vissen die op de bodem slapen wordt opgegeten. Slakken zijn ook niet veilig.
Copyright foto’s:
|
)
